fbpx

Leda en de zwaan

Al sinds de klassieke oudheid symboliseert de zwaan schoonheid, elegantie en perfectie in de kunsten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in de Griekse mythe van Leda en de zwaan erg populair werd in de kunst. De mythe vertelt over de verliefde Zeus die er maar niet in slaagde om de getrouwde Leda te verleiden. Hij besloot zichzelf te veranderen in een zwaan. En inderdaad, na deze transformatie wist hij Leda te overweldigen en bedreven zij de liefde. Van Da Vinci tot Dalí: de mythe van Leda en de zwaan is een terugkomend onderwerp in de beeldende kunst. 

In de tijd dat de renaissance hoogtij vierde, waren er veel kunstenaars die teruggrepen op de klassieke mythologie en zo ook op het verhaal van Leda en de zwaan. Zowel Da Vinci als Michelangelo waren in de ban van het godenverhaal. Helaas hebben hun schilderijen de tand des tijds niet overleefd: ze maakten deel uit van de koninklijke collectie in kasteel Fontainebleau, maar zijn mogelijk moedwillig vernietigd. Dankzij de vele kopieën naar beide werken is het toch mogelijk om een beeld te vormen van de composities. Waar Da Vinci een geheimzinnig lachende Leda staand naast de zwaan met diens vleugel rustend op haar heup schilderde, koos Michelangelo voor een liggende Leda met haar benen om de zwaan heen geslagen. Ondanks het verschil in beide composities betreffen het trouwe nabootsingen van de mythe. 

Kopie naar Leonardo da Vinci, 1510-15
Gravure naar Michelangelo Buonarotti

In de twintigste eeuw is hier echter een verandering zichtbaar. Hoewel de mythe nog steeds vele kunstenaars inspireerde, werd deze niet meer natuurgetrouw afgebeeld. Zo gaf Constantin Brancusi in de sculptuur Leda uit 1920 zijn eigen invulling aan het verhaal. Aangezien Brancusi zich niet kon voorstellen hoe Zeus, een man, kon veranderen in een zwaan, vervaardigde hij een tot zwaan getransformeerde Leda. Salvador Dalí toonde eveneens zijn eigen interpretatie van de mythe in Leda Atomica uit 1949. Leda is zittend op een zuil te midden van een zwevende zwaan, een boek, een ei en een meetlat afgebeeld. Gebaseerd op de atoomtheorie, die aanneemt dat deeltjes op atoomniveau elkaar niet fysiek aanraken, is er ook geen contact tussen de geschilderde objecten, zelfs de zee raakt het land niet aan.

Constantin Brancusi, Leda, 1920
Salvador Dalí, Leda Atomica, 1949

Cy Twombly gaf eveneens zijn eigen draai aan de mythe. Wat op het eerste oog een kindertekening lijkt met krassen en vlekken, laat echter de ruwe nasleep van een strijd zien. Het is een chaos van veren, bloed, harten, snavels, fallussen en borsten. 

Cy Twombly, Leda en de zwaan, 1962

Het is verbazingwekkend hoe de mythe van Leda en de zwaan eeuwenlang vele kunstenaars heeft weten te inspireren. Waar in de renaissance vooral wordt vastgehouden aan het godenverhaal door het natuurgetrouw af te beelden, tonen kunstenaars uit de twintigste eeuw vooral hun eigen interpretatie ervan. Cliché of niet, uit deze traditie in de beeldende kunst blijkt duidelijk dat de mythe nog steeds voor velen tot de verbeelding spreekt.

Deze blog is geschreven door kunsthistorica Celine Ariaans.

Meer weten over mythologie? Volg dan onze cursus Symboliek in de Kunst B of bekijk ons volledige cursusaanbod.